Octrooien op planten; een lege huls?
12/2/2018 | Het Europees Octrooiverdrag (EOV, in het Engels EPC) was altijd al duidelijk over het niet octrooieerbaar zijn van plantenrassen. Ingevolge Artikel 53 EOV worden namelijk plantenrassen (en dierenrassen en wezenlijk biologische werkwijzen) als zodanig van octrooibescherming uitgesloten.
Nieuw is dat Het Europees Octrooibureau (hierna: 'EOB') met ingang van 1 juli 2017 geen octrooien meer verleent op planten die het 'product zijn van wezenlijk biologische processen'. Uitgesloten van octrooi zijn bijvoorbeeld planten die het resultaat zijn van kruising door bestuiving zoals dat in de natuur plaatsvindt.
In de vorige uitgave van de nieuwsbrief van Hortis Legal sprak ik mijn verwachting uit dat de strijd omtrent wel of geen octrooi op planten, nog niet definitief is gestreden. In deze uitgave wil ik ingaan op de wettelijke definitie van een ras en de vraag wanneer een plant tot een plantenras behoort.
Voor aanvragers en houders van een 'octrooi op planten' kan het namelijk zeer belangrijk zijn om te onderzoeken in hoeverre de geclaimde planten al dan niet behoren tot een plantenras. Behoren de geclaimde planten namelijk wel tot een plantenras, dan zou nu al definitief geconcludeerd kunnen worden dat de uitvinding ingevolge EOV niet octrooieerbaar is.
Het is dus belangrijk om te onderzoeken wat precies de definitie is van een plantenras.
De volgende definities van een plantenras kunnen worden teruggevonden in de diverse relevante wetgevingen:
Regel 26 lid 4 van het Uitvoeringsreglement Europees Octrooiverdrag 2000
Onder 'plantenras' wordt verstaan een plantengroep binnen een botanische taxon van de laagst bekende rang, welke groep, ongeacht de vraag of volledig wordt voldaan aan de voorwaarden voor het verlenen van een kwekersrecht kan worden:
(a) gedefinieerd aan de hand van de expressie van de eigenschappen, die het resultaat is van een bepaald genotype of een combinatie van genotypen,
(b) onderscheiden van elke andere plantengroep op grond van de expressie van ten minste een van de bovengenoemde eigenschappen, en
(c) beschouwd als een eenheid, gezien zijn geschiktheid om onveranderd te worden vermeerderd.
Artikel 5 lid 2 van de Verordening EG nr. 2100/94 Communautair Kwekersrecht
In deze verordening wordt onder 'ras' verstaan een plantengroep binnen een botanische taxon van de laagst bekende rang, welke groep ongeacht de vraag of volledig wordt voldaan aan de voorwaarden voor het verlenen van een kwekersrecht kan worden:
- gedefinieerd aan de hand van de expressie van de eigenschappen, die het resultaat is van een bepaald genotype of een combinatie van genotypen;
- onderscheiden van elke andere plantengroep op grond van de expressie van ten minste een van bovengenoemde eigenschappen, en
- beschouwd als een eenheid, gezien zijn geschiktheid om onveranderd te worden vermeerderd.
Article 1 under (vi) of the UPOV-convention
'variety' means a plant grouping within a single botanical taxon of the lowest known rank, which grouping, irrespective of whether the conditions for the grant of a breeder's right are fully met, can be
- defined by the expression of the characteristics resulting from a given genotype or combination of genotypes,
- distinguished from any other plant grouping by the expression of at least one of the said characteristics and
- considered as a unit with regard to its suitability for being propagated unchanged.
De conclusie is dat de drie bovengenoemde definities van een plantenras (nagenoeg) gelijk zijn.
Nu leert de ervaring dat zogenaamde zaadvermeerderde rassen prima beschermbaar zijn met kwekersrecht in de diverse UPOV-Lidstaten, zolang maar wordt voldaan aan de eisen van onderscheidbaarheid, homogeniteit, nieuwheid en bestendigheid. Daarbij mag als vermeerderingsmethode ook worden gebruikt het herhalen van een bepaalde identieke kruising die zaailingen oplevert die als het plantenras in kwestie worden aangemerkt.
Gezien het bovenstaande kan worden geconcludeerd dat er sprake is van een plantenras, indien planten worden verkregen middels het telkens maken van een kruising met gebruik van telkens hetzelfde moeder- èn hetzelfde vader ras, waarbij die zaailingen vallen binnen bovengenoemde ras definitie. Ook al spreekt men dan over 'een octrooi op planten', kan in deze situatie toch de conclusie zijn dat die planten behoren tot een ras, met als gevolg dat er géén octrooi verkregen kan worden.
Dit is anders wanneer de zaailingen niet homogeen zijn, of niet van alle andere algemeen bekende rassen onderscheidbaar zijn op grond van de expressie van minimaal één eigenschap. Dan is er mijns inziens géén sprake van een ras omdat immers niet wordt voldaan aan de ras definitie.
Indien in het kader van een 'octrooi op planten' de planten worden verkregen middels een methode van vegetatieve vermeerdering, moet doorgaans worden aangenomen dat de verkregen planten homogeen en bestendig zijn. De planten worden immers gekloond. (Dit gaat overigens niet altijd op: er zijn uitzonderingen mogelijk!) Mochten de planten als groep van alle andere algemeen bekende rassen onderscheidbaar zijn op grond van de expressie van minimaal één eigenschap, dan zal er ook sprake kunnen zijn van een ras omdat immers wordt voldaan aan de ras definitie.
Mocht evenwel in geval van een 'octrooi op planten' de exploitatie van de planten met zich meebrengen vermeerdering van die planten waarbij de nakomelingen voldoen aan de ras definitie, dan wordt het nog lastiger. Mijns inziens valt de exploitatie van die rassen dan buiten de werkingssfeer van het octrooi maar het octrooi blijft wel geldig omdat onder het octrooi ook planten vallen die NIET voldoen aan de ras definitie.
Samenvattend kan ik alleen maar concluderen dat het in het kader van een 'octrooi op planten' verstandig is om heel goed na te gaan of:
- de geclaimde planten kunnen vallen binnen de ras definitie;
- de in het kader van exploitatie te hanteren vermeerderingsmethode van de geoctrooieerde planten, producten oplevert die alsnog vallen binnen de ras definitie.
Mocht een octrooi niet haalbaar zijn, dan kan direct worden overwogen om kwekersrecht aan te vragen op de te exploiteren rassen.
Vorige